Harry Potter
Op een dag, 31 oktober 1981, kwam hij die niet genoemd mag worden naar het huis van James en Lily potter. Hij had een voorspelling gehoord: dat er een jongen die op het eind van de zevende maand zou zijn geboren, hem zou kunnen verslaan. Alles wees er op dat het, het zoontje was van Lily en James Potter. Lily en James waren de eerste verjaardag aan het vieren van hun zoon. Ze dachten dat ze veilig waren, dat ze hun vrienden konden vertrouwen. Hij die niet genoemd mag worden had Peter Pipeling, een vriend gedwongen om de schuilplaats te vertellen. Alleen Peter Pipeling kon vertellen waar ze woonden, hij was de geheimhouder en alleen hij kon de schuilplaats onthullen. Hij opende het tuinhek, Lily en James Potter waren te druk bezig en hoorden hem niet. James ging naar beneden en zag hem. Vlug schreeuwde hij naar zijn vrouw: ‘Het is hem, ik probeer hem tegen te houden! Vlugt met Harry!’ Hij was zijn toverstok boven vergeten, hij was machteloos. Hij die niet genoemd mag worden sprak de Vloek Des Doods uit en James Potter viel op de grond. Lily stond met haar kind in haar armen en legde Harry Potter terug in zijn bed. Lily Potter wou haar kind beschermen, maar hij die niet genoemd mag worden vermoorde haar. Harry Potter dacht dat zijn vader onder dat masker zat en zijn moeder direct ging recht springen. Maar toen besefte hij dat het geen grap was en begon te huilen. Voldemord sprak de Vloek Des Doods uit. Maar omdat Lily Potter zijn leven had gegeven, was Harry beschermd door liefde. Deze oeroude kracht liet de Vloek Des Doods terug keren en kreeg Harry alleen een litteken op zijn voorhoofd in de vorm van een bliksemschicht.